Vandaag was de eerste schooldag van het nieuwe jaar en ik beleefde er een bijzonder avontuur samen met Sven, die het reuze spannend vond om naar groep 3 te gaan en echt niet naar binnen wilde.
De afgelopen dagen was er al wat onrust in huis. Sven wist dat hij bijna naar een nieuwe klas zou gaan, van de onderbouw naar de middenbouw. Ik vond het ook spannend hoe hij het zou ervaren. Zou hij zich er fijn voelen? En hoeveel ruimte zou hij er hebben voor zijn ontdekkingsdrang en nieuwsgierigheid?
De ochtend van ‘de dag’ zei hij dat hij niet naar school ging. Hij vond het té spannend. Papa Lars refereerde aan een verhaal van Langmuts* en of hij wel durfde als de juf ons mocht bellen als het echt niet ging. Dan wilde hij wel. We gingen met het hele gezin naar school. Jiri ging nu zonder zijn broer naar de onderbouw, de klas waar ze sinds april samen in zaten. Hij had er ook nog niet zo veel zin in. We hadden ook zo’n fijne vakantie gehad met elkaar. De kinderen waren nog lang niet uitgespeeld.
Op het schoolplein werd iedereen welkom geheten met koffie, thee en koek. Na een korte openingstoespraak van de directeur gingen we naar binnen. Sven zei dat hij niet wilde. Samen liepen we door de gang. Bij zijn klas zochten we een haakje voor zijn tas. Bij de deur bleef hij staan. Hij ging echt niet naar binnen. Er stond een kring opgesteld. De andere kinderen uit zijn klas gingen op een stoel zitten. De juf vroeg of Sven ook kwam. Hij begon heel hard te huilen. Ik deed een aantal suggesties hoe hij het misschien wel zou durven, maar hij was zo verdrietig en overstuur. Hij was echt niet van plan naar binnen te gaan. De juf gaf op een gegeven moment aan dat ze echt moest beginnen. Ze kon de nieuwe klas niet laten wachten en deed de deur dicht. We keken door het raam van de deur naar zijn nieuwe klas. Sven huilde en schokte en zei steeds dat hij niet wilde.
Ik ging nog even naar Jiri die het ook spannend vond in zijn klas met nieuwe kindjes en zonder zijn broer in de onderbouw. Zodra hij echter zijn vriendinnetjes zag en met hen ging spelen was het voor hem goed. Lars keek ondertussen met Sven op zijn arm zijn nieuwe klas in om te zien wat er allemaal gebeurde. Sven was naast gespannen ook nieuwsgierig. Lars benoemde wat hij zag. Ik ging aan de tafel in de gang zitten. De inhoudelijk leider van de school liep op dat moment langs. Ze zag Sven die niet naar binnen durfde. Ik vroeg haar naar haar vakantie. Ze zei ook: ‘Neem de ruimte die je nodig hebt, he. Je kunt ook even mee gaan.’ De juf wilde geen ouders in de klas. Dat kon dus niet, maar welke ruimte kon ik wel nemen? De vraag alleen al gaf ruimte en ontspanning. Ook bemerkte ik dat we vooral aan het proberen waren Sven ertoe te bewegen de klas in te gaan. Hem over te halen, zoiets, vanuit een kramp, in plaats van hem te begeleiden en te volgen vanuit vertrouwen en ontspanning.
Ik zag een stapel puzzels staan en vroeg hem of hij wilde puzzelen. Dat wilde hij. Hij ontspande. Lars ging naar huis. Ik zag later wel weer hoe ik thuis kwam. Nu moest ik hier zijn. We maakten de ene na de andere puzzel van een wereldkaart. In de gang werd ondertussen een grote wandplaat opgehangen. Ook dat was interessant om naar te kijken. De mannen vertelden ons wat ze aan het doen waren. Ik keek nog een keer met Sven door het raam van zijn klas en we zagen dat iedereen nu in groepjes zat. De juf kwam ook nog even langs en vroeg hoe het bij ons ging. Ook vroeg ze aan Sven of hij zo ook kwam. ‘Ja’, zei hij.
Op een gegeven moment kwamen de kinderen uit de klas van Sven om hun eten en drinken uit hun tas te pakken. Dit leek me een perfect moment voor Sven om aan te schuiven. Sven aarzelde. Hij wilde niet naar binnen om te eten en drinken omdat hij bang was dat hij daarna dan ook moest blijven. We gingen naar zijn tas en ik haalde zijn eten en drinken eruit en gaf het aan hem. Ik sloop met hem mee de klas in en vroeg de kinderen naar de plek van Sven. Daar ging hij zitten en ik verstopte me onder zijn tafel. Ik vroeg me af hoe de juf het vond dat ik nu toch in de klas was. Zij ging gewoon verder en ik bleef geruisloos zitten. Tot mijn grote verrassing deed Sven meteen mee. Hij stak na een vraag van de juf zijn vinger op en vertelde welk fruit hij mee had. Na het eten en drinken liep hij met zijn nieuwe groepje mee het schoolplein op om buiten te spelen. Ik bleef zitten tot iedereen de klas uit was.
Vervolgens ging ik naar de ruimte voor in de school. Ik wilde pas weggaan als hij weer in de klas was en het oké vond. Hij had zo duidelijk aangegeven dat hij niet naar binnen wilde als hij moest blijven. Er was een leerling uit de bovenbouw die naar me toekwam om te vragen hoe de schoolkrant dit jaar gemaakt zou worden en of zij weer in de redactie mocht die ik begeleidde. Ze wilde dit graag weer. Ik ging meteen even overleggen met de directrice. Ook vroeg ik of ik nog wat kon doen, omdat ik er nu toch was. De afwasmachine mocht uit- en ingeruimd worden met alle kopjes van de welkomstkoffie. Ik las m’n email op m’n telefoon en zag op een gegeven moment dat Sven niet meer aan het buitenspelen was. Ik liep naar zijn lokaal om even te kijken of ik inderdaad kon gaan en kwam hem tegen in de gang waar hij zijn lunch uit zijn tas pakte. ‘Wat doe jij hier?’ vroeg hij. Uhm. Ik vroeg of het goed was als ik hem vanmiddag ophaalde. Ja dat was goed. Ik zwaaide iedereen gedag en liep vol verwondering over deze bijzondere ochtend naar buiten. Vol verhalen kwam Sven uit school over hoe het allemaal werkte in zijn nieuwe klas. En ’s avonds aan tafel vertelde hij aan Lars en Jiri dat mama onder tafel zat in de klas. Wat een avontuur!
Saskia op de Weegh, 28 augustus 2018